Nog volop moesson hier
Na een uitstekende vlucht over Delhi landden wij twee dagen geleden in Kathmandu. Het was toen gelukkig droog. In de middag begon het echter te regenen en dat is min of meer onophoudelijk doorgegaan tot 17 uur vandaag. Het is nu droog en we duimen dat dit zo blijft. Hier in Kathmandu wordt echter voorspeld dat de moesson zeker nog 2 weken aanhoudt. Nou ja, we gaan het merken. Het is uiteraard wel veel fijner als het goed weer is. Maar in september weet je dat je toch nog in het staartje van de moesson zit. En die blijkt dit jaar laat en fors. Het lukte echter niet met Henk’s werk om de verlofperiode verder naar achteren te schuiven, dat was het meest ideaal geweest. Maar we tellen onze zegeningen: 8 weken weg, wie krijgt dat voor elkaar met een vaste baan? En dat terwijl we dit voorjaar ook al weg waren. Kortom, super.
De aanblik met de regen is triest in de stad, zeker met al het straatwerk dat ze hier aan het uitvoeren zijn. De wegen moeten verbreed worden, zodat er een betere doorstroming komt. Daardoor zijn er in de hele stad opengebroken straten en afgebroken huizen en winkeltjes die in de weg stonden. Het is trouwens verrassend hoeveel werk er verzet is sinds afgelopen voorjaar. Maar morgen gaan we de stad verlaten. Eindelijk weer de bergen in. En niets dagen rijden om te beginnen met lopen: we rijden morgen een uurtje naar Sundarijal en daarna is het lopen geblazen. Onze komende tocht is eigenlijk op te delen in drie delen:
Helambu/Langtang: we lopen eerst een aantal dagen door Helambu – rustig aan want er moet nog geacclimatiseerd worden – gaan over de pas Gosainkund van 4600 m en dalen af naar het Langtang-dal. Daar pakken we de route van de Upper Great Himalaya Trail weer op. Deze aanloop naar de route is eenvoudig en bovendien bekend terrein voor ons. Daarna lopen we door naar het dorpje Kyagin (3800 m), waar we onze vriend Chhembel ontmoetten. Wij sponsoren zijn gezin en hun oudste dochter kan daardoor naar een boardingschool in Kathmandu. Vanuit Kyagin gaan we met Chhembel door naar de Tilman pas (5200 m). Spannend hoe deze gletsjerpas ervoor zal staan. Het voornemen is touwens om deze uit de Upper-GHT route te halen gezien de status van de gletsjer. Enfin, we gaan het merken. We hebben hier voor de zekerheid nog extra ijsschroeven gekocht en ander materiaal, want het zal vooral verijsd zijn. Daarna wordt het navigeren richting Last Resort! Dit is een lodge/hotel aan de Arniko highway (de weg van Kathmandu richting Tibet). Deze weg kruisen we.
Gaurishankar/Rolwaling: In Last Resort ontmoeten we onze teammaat Chhiree sherpa, die ons verder zal vergezellen tot het eindpunt. Hij neemt een tas mee met bevoorradingspullen, de nieuwe kaarten en geld dat nodig is voor het volgende stukje. We lopen verder door afwisselend terrein richting de hoge gletsjerpas Tashi Labtsa (5755 m).
Everest/Makalu: na de Tashi Labtsa komen we in het Everest-gebied. Zeer bekend terrein! We wijken nu een klein stukje af van de GHT-route: de betreffende passen deden we eerder, deels zelfs meerdere malen. We gaan direct naar Namche, waar een bevoorradingston zal staan te wachten. En waar even kunnen bijkomen en niet te vergeten een blog kunnen versturen. Daarna gaat de tocht verder de vergletsjerde ijswereld weer in. De passen Amphu Labtsa, West col en East col (6180 m, veelal aangeduid als Sherpani col) staan dan op het programma. Als het lukt, willen we het hele Makalu-gebied afronden en eindigen de GHT-route dan in dorpje Hongon. Dan rest de terugtocht van een paar dagen naar Tumlingtar waar we het vliegtuigje terug nemen naar Kathmandu.
Maar goed, zo ver is het nog lang niet. Dat bewees vandaag maar weer eens. Er zat een engel op Henk z’n schouder: hij werd omver gereden door een brommer. Een wat stijve arm, maar verder niets. En gelukkig mankeerde de brommerbestuurder ook niets ernstigs. Kortom: we zullen voorzichtig doen!